Glidermonument en verzetsmonument bij de Kampina
Dit monument is een initiatief Door van der meijden-Konings, de weduwe van de Boxtelse verzetsman Gerard van der Meijden. Het monument werd ontworpen door Boxtelaar B van Houtum. Het is geplaatst als herinnering aan de verzetmensen die verantwoordelijk waren voor het onderbrengen van de airborne-militairen en hun piloten in de Kampina en is geplaatst in 2003. Het monument is een stalen silhouet en beeld een fietsende verzetsman uit met een melkkan tussen zijn benen met op de achtergrond een boom. De fietser wijst in de richting van de plek waar de militairen in de bossen en het heidegebied waren onder gebracht.
De melkkannen werden door het verzet gebruikt om voedsel in te verstoppen dat naar de militairen werd gebracht. In die tijd was het de gewoonste zaak dat boeren uit de omgeving hun melk op deze manier vervoerden. Een flink aantal namen van burgers die zich in hebben gezet voor deze zaak zijn ingegraveerd in stalen plakkaten op het monument. Het staal dat voor het monument werd gebruikt is ‘kortenstaal’, staal dat alleen roest aan de buitenkant.
Op een plakkaat staan namen van personen uit het verzet die het meest gevaarlijke werk deden. Dat bestond uit het bezoeken van de groep militairen in de bossen. Op een tweede plakkaat staan namen van personen die dicht betrokken waren bij de activiteiten en die ondersteuning gaven aan het verzet. Een derde plakkaat toont namen van boeren en burgers die voor voedsel zorgden. Op een apart plakkaat staan de namen van de gebroeders Schut uit Balsvoort. De twee broers werden door de Duitsers verdacht van verzetsactiviteiten en werden hiervoor door hen vermoord. Twee plakkaten tonen verder een afbeelding van de 101ste Airborne Divisie en een parachute.
Onder de fietser staat de tekst ‘ALLES IS VERGEEFS ALS WE VERGETEN’.
De militairen in de Kampina zijn nooit gevonden. De Duitsers hebben wel een aantal maal geprobeerd de schuilplaats te vinden maar doordat het verzet vaak overvallen op kleine groepjes Duitsers pleegden durfden ze het gebied niet meer in. Tijdens deze overvallen werden vaak wapens en kleding op de Duitsers buit gemaakt en later tegen hun gebruikt. Door de gevechten in de omgeving van Eindhoven waren veel daar Duitse militairen actief, hierdoor was het in de omgeving van Boxtel betrekkelijk rustig met Duitsers.
De werkelijke plek waar de airborne-militairen waren ondergebracht wordt door natuurmonumenten geheim gehouden om bezoekers in dit stukje natuur te weren en om zo schade aan de natuur te beperken. De plek is volledig overwoekerd en voor onwetenden niet herkenbaar. Slechts enkelen weten de plek nog te vinden, ondanks het feit dat door houtkap door de jaren heen het gebied nogal is veranderd.
Tijdens een herdenkingsplechtigheid in Lennisheuvel bij Boxtel werd in oktober 2016 dit glidermonument onthuld. Het monument herinnerd aan de noodlanding van een Amerikaanse CG-4A Waco glider op 23 september 1944. Het monument is geplaatst langs het weiland waarin de glider destijds landde. Het toestel vervoerde airborne-militairen van de 82ste Airborne Divisie naar Overasselt. Deze militairen en hun piloot maakten deel uit van de Kampina airborne-militairen en waren onder de Amerikaanse bevrijders van Boxtel. Het monument is een initiatief van Boxtelaar Roel Manders en werd onthuld door burgemeester Mark Buijs en Peter van der Linden, auteur van Kampina Airborne. De tekst op het monument: ‘Operatie Market Garden-Ter herinnering aan onze Amerikaanse bevrijders die op 23 september 1944 in een Waco zweefvliegtuig in dit weiland geland zijn.’